Accounting en control
2 minuten leestijd

Ga schaarste accountants te lijf met uitdaging en afwisseling

“Groot tekort aan accountants.” “Accountants schaarser en duurder.” De afgelopen weken volgen dit soort berichten elkaar in hoog tempo op. Is er echt een tekort? Waar komt dat door? En, veel belangrijker: hoe los je het tekort op?

Het antwoord op de eerste vraag is kort en simpel: ja, er is een tekort aan accountants en dat tekort loopt snel op. De komende jaren gaan veel accountants met pensioen. En accountants die eigenlijk al lang de stap wilden zetten naar een functie als bijvoorbeeld controller of financieel directeur, durven dat nu – met het einde van de crisis definitief in zicht – ook daadwerkelijk te doen. Tel daarbij op het feit dat er niet voldoende nieuwe aanwas is om aan de vervangingsvraag te voldoen en er ontstaat vanzelf een tekort.

Tegelijkertijd is de wet- en regelgeving waaraan jaarrekeningen moeten voldoen, de laatste jaren flink aangescherpt als gevolg van diverse boekhoudschandalen. Het vak kampt door deze schandalen met een imagoprobleem, zeker omdat de betrokken accountants niet altijd vrijuit gingen. Zonde, want er zijn wel degelijk kansen voor jonge professionals in de accountancy. Zeker wanneer zij zich breed willen oriënteren.

Study-work-life balance

Het probleem is dus duidelijk: er moet meer werk worden gedaan door minder accountants. Althans, als de nieuwe aanwas zo schaars blijft als die nu is. Alex Buis, Business Director bij USG Finance, vertelt dat die nieuwe aanwas uitblijft omdat de huidige generatie werknemers – en dus ook accountants – andere eisen stelt aan een loopbaan en een andere study-work-life balance nastreeft. Dat geldt overigens niet alleen voor accountants, maar voor professionals in het algemeen. “De opleiding tot registeraccountant (RA) is een langdurig en zwaar traject, waarbij je niet alleen vlieguren moet maken in auditing maar ook een theoretische opleiding moet volgen. Er staat officieel drie jaar voor de praktijkstage, maar de meeste mensen doen er bijna zes jaar over – nog los van de theoretische afleiding. Als ze de eindstreep halen, tenminste. Want steeds vaker wordt de opleiding voortijdig afgebroken. Mensen die in het traject zitten en tot de conclusie komen dat ze niet meer verder willen met het vak, of met de organisatie waarin ze werken, stappen er dan uit en nemen het verlies van hun studie tot dan toe voor lief.”

Uitdaging

Niet alleen voor de accountantskantoren zelf, maar ook voor USG Finance is het een uitdaging om goede mensen voor de accountancy te behouden die anders het vak zouden verlaten. “Daarom starten we vanaf 1 september een eigen stagebureau, dat is geaccrediteerd door de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants. Financials kunnen dan hun opleiding volgen en hun vlieguren draaien op het gebied van auditing bij de gerenommeerde kantoren. Buiten het busy season om kunnen ze aan de slag in andere financiële functies bij bedrijven en overheden. Op die manier doen ze brede ervaring op die in hun hele carrière waardevol is. Dankzij de afwisseling blijven mensen gemotiveerd om wél hun titel als registeraccountant te halen. Dat houdt het uitdagend.”

Betere accountants

Buis denkt dat deze combinatie leidt tot meer kwaliteit. “Want een accountant met ervaring aan de andere kant van de tafel is een betere accountant, daar ben ik van overtuigd. Het houdt je werk ook uitdagend. Hopelijk blijven accountants dankzij deze constructie na het behalen van hun titel langer actief als RA. Want het tekort is zomaar niet opgelost.”

Sleutel tot succes

De nood is inmiddels zo hoog dat accountantskantoren zelfs professionals uit andere disciplines, zoals bijvoorbeeld de chemie of de techniek, proberen te verleiden een carrièreswitch te maken richting de accountancy. Buis zoekt de oplossingen liever elders. “Ik begrijp dat de grote accountantskantoren dit doen, want vanuit de vooropleidingen loopt de aanwas terug. Toch denk ik dat de sleutel ligt bij het vroeg interesseren van studenten voor de accountancy. Ze denken vaak dat ze in een wereld terechtkomen waarin het alleen maar gaat om het controleren van regeltjes, maar weten niet dat je ook aan de andere kant van de tafel kunt kijken. Ik pleit voor een kentering in de instroom in de accountancy-opleidingen, door al vanaf het begin ook die andere kant van de tafel mee te nemen in opleiding en werkervaring. Ik durf zelfs wel een stapje verder te gaan: ik vind dat de verplichte stage van drie jaar voor minstens één jaar buiten de accountancy plaats zou moeten vinden. Daardoor heeft de RA een bredere basis en kan hij zijn eigen werk en functioneren beter in perspectief plaatsen.”

Dit artikel verscheen ook op Working Progress het platform met opinie en duiding ​over de inzet van expertise.

Deel dit artikel